Tja zoals ik het lees meer een zaak van verwoording, dus tekstuele samenhang denk ik dan inhoudelijke.

 

Op zich als je zegt “spatieel geheugen gebruiken tijdens navigeren” is dat wat mij betreft wel een techniek te noemen, beetje ongelukkige woordkeuze.

 

De discussie output (gedrag) versus onderliggende neurale basis is hier dan aan de orde.

 

Ik zou dit dus vooral bij vorm aanrekenen en niet zozeer qua inhoud. Ik lees vaak wel door zulke bewoording heen en kijk of het dan inhoudelijk wel verder samenhangt. Op zich kan je het wel ophangen aan Alzheimer, alleen maakt ze het zichzelf wel moeilijker door dit zo te doen. Misschien dat ze sterk de behoefte had om het te koppelen aan een ziektebeeld? In verband met de relevantie oid?

 

Kun je hier wat mee?

 

Groet,

Suzanne

 

 

 

From: Gumbs, Myrtille [mailto:m.c.r.gumbs@uva.nl]
Sent: Monday, December 17, 2018 12:22 PM
To: Abv-pb@list.uva.nl
Subject: [Abv-pb] LV vraagje

 

Hoi allen,

 

Een studente heeft haar hele verslag geschreven vanuit Alzheimer en daarbij alles beschreven vanuit spatieel of non-spatieel geheugen. Behalve haar hoofdvraag en de helft van de deelvraag.

 

Hoofdvraag:

“Welke hersengebieden zijn betrokken bij nauwkeurig navigeren in mensen? Er wordt gekeken naar spatieel en non-spatieel geheugen en de accuratesse van deze technieken.” à geheugen is niet een techniek toch.

 

Deelvraag:

“Welk hersengebied is betrokken bij het spatiele geheugen en wat is de accuratesse van deze techniek?”

 

Ik heb haar bij de opzet meegegeven dat ze haar begrippen niet consequent gebruikt, maar niet expliciet gezegd dat het hier over ging.

 

Wat zal ik hier mee doen? Eenmalig bij de “consequente begrippen” of ook bij de samenhang tussendoor? En wat te doen met de inhoudelijke juistheid?

 

Hoor graag tips of hoe je het zou aanpakken.

 

Groeten,

Myrtille